Bronnen
In de index zijn gegevens opgenomen van personen die zijn begraven op begraafplaatsen De Nieuwe Ooster (1894-2005) en de Noorderbegraafplaats (1931-2012). Hieronder vallen ook de volgende dorpsbegraafplaatsen in Amsterdam-Noord: Buiksloot (1695-2009), Durgerdam (1667-2009), Holysloot (1787-2010), Nieuwendam (1660-2009), Ransdorp (1837-2009), Schellingwoude (1736-2009) en Zunderdorp (1941-2009).
Opgenomen zijn:
- Gegevens van de verloven tot begraven;
- Gegevens van de vroegere grafregistratie in de vorm van een kaartenbak (Overledenenkaartjes);
- Data van de digitale grafregistratie.
In sommige gevallen worden gegevens, op verzoek van nabestaanden, niet vrijgegeven voor opname in deze index. Zie de pagina Persoonsgegevens.
De gegevens uit deze index zijn niet afkomstig van een gemeentelijke instelling, maar zijn aangelegd door de begraafplaatsen zelf. Omdat het soms om een momentopname gaat - een kaartenbak geeft de locatie en namen van de op dat moment bestaande graven en niet wie er vóór die tijd begraven lagen - en doordat de index is samengesteld uit meerdere bronnen, is niet iedereen die ooit op deze begraafplaatsen begraven te vinden via de index. Zie voor lang geleden geruimde graven onder het kopje 'Verder zoeken'.
De registratie van begraven en cremeren
Artikel 27 van de Wet op de Lijkbezorging verplicht een begraafplaats een register bij te houden: “De houder van een begraafplaats houdt een register van alle daar begraven lijken, met een nauwkeurige aanduiding van de plaats waar zij begraven zijn”.
De huidige Wet op de Lijkbezorging dateert uit 1991. Artikel 50 van dezelfde wet verplicht de houder van een crematorium ook tot het bijhouden van een register van verbrande lijken en van de bestemming die aan de as is gegeven. De voorafgaande Wet op de Lijkbezorging in Nederland dateert uit 1869 en verplichtte eveneens tot het bijhouden van een begraafregister.
De Nieuwe Oosterbegraafplaats is geopend in 1894 en vanaf die tijd is het begraafregister bijgehouden. In de periode 1894 tot 1935 werd het register bijgehouden in dikke boeken. Vanaf 1990 is het grafregister digitaal bijgehouden. In maart 1994 is de begraafplaats uitgebreid met een crematorium. Het register van de crematie maakt ook deel uit van de digitale grafregistratie. Als zoeksysteem voor de begraafregisters werden kaartenbakken met losse kaartjes gebruikt, de ‘Overledenenkaartjes’.
Verlof tot begraven of cremeren
De houder van de begraafplaats mag niet overgaan tot begraven of cremeren als er geen verlof tot begraven of cremeren is overlegd, aldus artikel 11 van de Wet op de lijkbezorging. Verloven tot begraven of cremeren zijn documenten die worden afgegeven door de ambtenaar van de Burgerlijke Stand, op basis van de verklaring van het overlijden van de behandelende arts of van de gemeentelijke lijkschouwer.
In de praktijk wordt het verlof tot begraven (of cremeren) meestal aangevraagd door de begrafenisondernemer, tegelijk met de overlijdensakte. Deze overhandigt het verlof aan de beheerder van de begraafplaats, zodat die kan aantonen rechtmatig te hebben gehandeld. De verloven tot begraven zijn bij De Nieuwe Ooster opgenomen in het archief van de begraafplaats omdat ze tevens als begraafregister werden gebruikt.
Overledenenkaartjes
De overledenenkaartjes waren een kaartsysteem dat door de begraafplaats van De Nieuwe Ooster aangelegd en gebruikt werd om de registraties in de begraafregisters terug te kunnen vinden. Het verlof tot begraven geeft meer informatie dan een overledenenkaartje, namelijk ook het tijdstip van overlijden en het tijdstip van begraven, het kistplaatnummer als het om een begrafenis gaat en het crematienummer bij een crematie.
Elke kist die wordt begraven krijgt een koperen plaatje mee met een identificatienummer zodat, als het graf wordt geopend, altijd gecontroleerd kan worden wie begraven was. In het geval van crematie gaat er een vuurvaste steen mee waarop het identificatienummer staat. Die steen gaat samen met de kist de oven in en daarna met de asresten mee in de urn.
Dit is een Overledenenkaartje. Het kaartje maakt deel uit van de index op het begraafregister van de Nieuwe Oosterbegraafplaats uit de periode 1955-1992. Uit dit kaartje kun je aflezen dat Marie Susanne Huguelet (weduwe van J.G. Vegersteen) op tachtigjarige leeftijd is overleden op 29 januari 1964 en is begraven op 31 januari 1964. Het graf is van de derde klasse, gelegen in vak 47 en genummerd als graf 87. De uitvaart is verzorgd door Coop/Heijdeman.
Dit is een Verlof tot begraven. Dit verlof tot begraven van Marie Susanne Huguelet bevindt zich in de chronologisch geordende serie verloven tot begraven uit de periode 1955-1982 in het archief van de Nieuwe Oosterbegraafplaats. Behalve de hierboven genoemde gegevens is ook te vinden dat Marie Huguelet is overleden om 15.00 uur en dat de begrafenis plaatsvond om 10.00 uur.
Welke gegevens zijn te vinden in de index?
- Achternaam;
- Voornaam of voorletters;
- Grafnummer of asbestemming. Let op: de graven behorend bij deze grafnummers bestaan niet meer altijd. Bij de geruimde graven van de Noorderbegraafplaats is geen oud grafnummer bekend.
Soms, maar lang niet altijd, zijn ook de volgende gegevens te vinden:
- Leeftijd, geboortedatum of geboortejaar (niet bij de Dorpsbegraafplaatsen);
- Datum en/of plaats van overlijden;
- Datum van begrafenis of crematie.
Een persoon kan meerdere keren voorkomen in de index doordat de gegevens afkomstig zijn uit meerdere bronnen die elkaar overlappen. Was er bijvoorbeeld een verschil in spelling tussen de gegevens afkomstig uit twee bronnen, dan komt de naam twee maal voor. De Noorderbegraafplaats registreerde een bepaalde periode ook dat op een dorpsbegraafplaats werd begraven. Ook dan kan een registratie twee keer voorkomen - de ene keer met als begraafplaats ‘Noorderbegraafplaats’ en de code 'BSL' in het grafnummer en de andere keer als begraafplaats 'Begraafplaats Buiksloot'. Soms gaat het om een kind, dan is de achternaam van de vader geregistreerd als 'overledene' en staat er in het veld 'relatieinformatie' dat het om een kind van deze persoon gaat.
Welke gegevens zijn te vinden in de registraties van de Begraafplaatsen?
Een deel van de index bestaat uit de digitale grafregistratie zelf en geeft daarom geen verwijzing naar een gedigitaliseerd inventarisnummer waar meer informatie is te vinden.
Andere indexrecords verwijzen naar de papieren verloven tot begraven, die wel meer informatie bevatten dan in de index is opgenomen, namelijk:
- Klasse: er waren 5 klassen, waarvan klasse 5 de goedkoopste is;
- Regel: aangeduid met een letter bedoeld voor plaatsbepaling binnen het vak;
- Diepte: in principe 3 dieptes, soms 5;
- Grootte, naar de maat van de kist: 1/1 = standaardkist, 1/1+ = extra groot, 1/2 = kinderkist
Van de Noorderbegraafplaats en dorpsbegraafplaatsen zijn dezelfde gegevens als op de verloven tot begraven ook te vinden in de chronologisch geordende begraafregisters. Van De Nieuwe Ooster zijn begraafregisters (inventarisnummers 161-202) bijgehouden tussen 1894-1935.
Betekenis van de grafnummers
Alg.: Algemene graven zijn graven waarbij slechts de minimale wettelijke rusttermijn van, momenteel, tien jaar in acht wordt genomen. Deze termijn van tien jaar kan niet worden verlengd. Wel bestaat de mogelijkheid dat na het verstrijken van de wettelijke rusttermijn de stoffelijke resten worden herbegraven in een eigen graf. In algemene graven worden drie, en tegenwoordig soms vijf, overledenen begraven. Bij algemene graven bepaalt de beheerder van de begraafplaats wie in welk graf begraven mag worden. Bij eigen graven bepaalt de rechthebbende wie erin wordt begraven. De rechthebbende bepaalt (binnen bepaalde regels) ook het uiterlijk van het graf en de periode waarover het graf wordt uitgegeven. Eigen graven worden voor minimaal twintig en maximaal vijftig jaar uitgegeven en kunnen daarna steeds met tien jaar worden verlengd.
Bij de algemene graven zijn de vakken met de nummers 55, 56 en 65 onderverdeeld in subvakken die een letter hebben gekregen. Een graf kan hier genummerd zijn: 55-5-C010. Dat betekent grafvak 55, klasse 5, deel C, grafnummer 10. Ook niet meer gebruikte algemene vakken werden soms zo genummerd en sommige urnenvakken gebruiken ook letters op een vergelijkbare manier.
Verder zijn er nog graven op de vakken die hetzelfde nummer hebben en daarom bijvoorbeeld de toevoeging A ,B, C, D, E, F hebben gekregen. Deze letters zitten altijd vast aan het grafnummer, bijvoorbeeld 06-2-0236D. Dat betekent vak 6, klasse 2, grafnummer 236D (ligt tussen 236C en 236E) .
De letters AA of AAB geven aan hoe groot het graf is. Deze aanduidingen staan aan het eind van het grafnummer en gescheiden door een streepje. Deze aanduidingen zijn niet van belang bij het terugvinden van het graf.
Hoe zoek ik in de index?
In de index kun je zoeken op:
- Persoonsnaam van de overledene;
- Begraafplaats;
- Geboortedatum;
- Datum van de begrafenis of crematie;
- Grafnummer.
De gegevens zijn niet altijd volledig geregistreerd; als een graf niet op een grafnummer of geboortedatum van de overledene is te vinden, kan deze persoon wel degelijk in de index voorkomen. Zoeken op achternaam geeft daarom de beste resultaten.
Zie voor algemene zoekinstructies onze pagina Zoeken in de Indexen.
Vrouwelijke overledenen zoek je op meisjesnaam. Op de overledenenkaartjes van De Nieuwe Ooster is de meisjesnaam van een vrouw altijd aangegeven. Soms staat er ook de naam van de, al dan niet eerder overleden, echtgenoot bij. Het komt niet voor dat op de kaartjes alléén de naam van de echtgenoot staat. Je kunt vrouwen dus altijd vinden op hun meisjesnaam en, indien ze gehuwd waren, ook op naam van de echtgenoot.
Bij de Noorderbegraafplaats en dorpsbegraafplaatsen vind je weduwen en getrouwde vrouwen alleen op hun meisjesnaam. Er is geen verwijzing opgenomen naar een echtgenoot.
Verder zoeken
Is een persoon op een van deze begraafplaatsen begraven maar niet terug te vinden in de index?
Van de Nieuwe Ooster zijn uit de periode 1955-1992 drie series overledenenkaartjes bewaard, maar één serie loopt van de letter M tot de letter Z; de kaartjes A t/m L ontbreken voor die periode. Mocht je vermoeden dat een overledene wél op de Nieuwe Ooster is begraven, maar je vindt de naam niet in dit bestand, dan kan het zijn dat je de naam wel kunt traceren in de serie verloven tot begraven, die je kunt raadplegen via de archiefinventaris. De verloven tot begraven van de Noorderbegraafplaats zijn te vinden in archief 30093, inventarisnummers 56-201.
De kans is groot dat overledenen waarvan de graven vóór 1995 zijn geruimd niet in de index voorkomen. Als de begraafdatum bekend is, zijn deze mogelijk terug te vinden in de oudere begraafregisters van De Nieuwe Oosterbegraafplaats (Begraafregisters 1894-1935, inventarisnummers 161-202) of de Noorderbegraafplaats (Begraafregisters 1935-1945).
Ook als de persoon wel in de index te vinden is, maar bij het graf staat 'geruimd', is het grafnummer en tijdstip van begraven te achterhalen via deze registers. De begraafregisters bevatten geen extra informatie ten opzichte van de geïndexeerde verloven tot begraven.
Via de verloven tot begraven is de klasse waarin iemand begraven werd te achterhalen. Hiermee kunnen voor De Nieuwe Oosterbegraafplaats de eigenaren van de graven met woonadressen worden teruggevonden.
- Grafboeken van de Nieuwe Oosterbegraafplaats, inventarisnummers 111-160). Geordend op Klasse, 1894-1978
- Geannexeerde gemeenten: Registers van begravenen met vermelding van huurders en eigenaars van de graven (archief=483.A:102-110)] Periode 1829-1974.
Is het grafnummer bekend? Dan is voor de Noorderbegraafplaats en dorpsbegraafplaatsen de namen en adressen van de rechthebbenden te vinden in de, niet-digitaal beschikbare, grafkaarten (inventarisnummers 14-42).
Zie voor archiefmateriaal van overige begraafplaatsen in Amsterdam:
- Archief van begraafplaatsen in Amsterdam en geannexeerde gemeenten: begraafregisters,1813-1978.
- Archief van begraafplaats Huis te Vraag (Sloten), 1891-1987.
Overzicht beschikbare archiefbronnen
Begraafplaats | Type | Ordening | Periode | Inventarisnummers |
---|---|---|---|---|
De Nieuwe Ooster | Begraafregisters | chronologisch | 1894-1935 | 161 t/m 202 |
De Nieuwe Ooster | Verloven tot begraven | alfabetisch | 1935-1982 | 1 t/m 134 |
De Nieuwe Ooster | Veroloven tot begraven | chronologisch | 1935-1982 | 214-549 |
De Nieuwe Ooster | Overledenenkaartjes | opgenomen in index | 1955-1992 | 550-569 |
De Nieuwe Ooster | Digitale grafregistratie | opgenomen in index | 1994-2006 | 1 |
De Nieuwe Ooster | Digitale grafregistratie | opgenomen in index | 2006-2013 | 2 |
Noorderbegraafplaats | Begraafregisters | chronologisch | 1931-1998 | 1 t/m 4 |
Noorderbegraafplaats | Begraafregisters | alfabetisch | 1951-1987 | 5 t/m 10 |
Noorderbegraafplaats | Verloven tot begraven | vaknummer | 1931-2011 | 56 t/m 201 |
Noorderbegraafplaats | Verloven tot begraven | opgenomen in index | 1931-2009 | 202 t/m 226 |
Noorderbegraafplaats | Verloven tot begraven - dorpsbegraafplaatsen | klasse | 1943-1992 | 227 t/m 241 |
Noorderbegraafplaats | Verloven tot begraven - dorpsbegraafplaatsen | opgenomen in index | 1921-2009 | 242 t/m 248 |
Noorderbegraafplaats | Begravenen dorpskerkhoven | nvt | 1660-2002 | 49 t/m 55 |
Noorderbegraafplaats | Begravenen Noorderbegraafplaats (vanaf 1931) en dorpsbegraafplaatsen | nvt | 1856-2005 | 48 |
Noorderbegraafplaats | Begraafregister dorpsbegraafplaatsen | Begraafplaats, vakletter en grafnummer | 1861-1976 | 11 |
Noorderbegraafplaats | Grafkaarten | Grafnummer | 1919-1989 | 14 t/m 42 |
Zoek je een graf?
Om het graf van een overledene op De Nieuwe Oosterbegraafplaats terug te vinden heeft u twee nummers nodig: het nummer van het grafvak en het nummer van het graf. De nummering van de grafvakken vindt u op een plattegrond van de begraafplaats. De nummers van de graven zie je linksonder op de graven als je op de begraafplaats bent.
Via deze en deze websites zijn foto's van Amsterdamse grafmonumenten terug te vinden.
In onze Beeldbank vind je meer dan driehonderd afbeeldingen van de Nieuwe Oosterbegraafplaats. Actuele informatie vind je op de websites van de begraafplaatsen: De Nieuwe Ooster en De Nieuwe Noorder.
Verder lezen
Voor meer informatie over de begraafplaatsen en de registratie van graven, zie:
- Inleiding op het archief van De Nieuwe Oosterbegraafplaats (archief=483.A)
- Inleiding op het archief van De Noorderbegraafplaats en dorpsbegraafplaatsen in Amsterdam-Noord (archief=30093)]
Verantwoording
De gegevens van de graven van De Nieuwe Ooster komen uit twee bronnen: de 'Overledenenkaartjes' en 'Cibis'. Van 1955 tot 1992 hield De Nieuwe Ooster het begraafregister bij in een kaartsysteem, de ‘Overledenenkaartjes’ genoemd. Deze Overledenenkaartjes maken deel uit van het archief van De Nieuwe Ooster.
Sinds 1990 houdt De Nieuwe Ooster een digitaal begraafregister bij. Bij de omzetting in 1990 is informatie uit de oude systemen overgenomen in het digitale register. Uit dit digitale register, Cibis genaamd, vond in 2006 en 2014 een archiefoverdracht plaats. Deze zijn opgenomen in Archief 30175.
De gegevens van de Noorderbegraafplaats zijn afkomstig van de verloven tot begraven en de (digitale) administratie van de begraafplaats, overgebracht in 2012. De gegevens van de dorpsbegraafplaatsen zijn opgenomen van de grafstenen en uit de begraafregisters van die begraafplaatsen. Het invoeren van de gegevens is gedaan door Karel de Beurs, die dit werk vrijwillig op zich nam en daar jaren aan heeft gewerkt.