Naar welke bronnen verwijst de index?

In de index zijn de volgende inventarisnummers opgenomen uit het Archief van het Bevolkingsregister: registers van vertrek, vestiging, verblijf en huisnummering.

Verblijfregisters:

  • 251 – 258 Verblijfregisters, 1854-1861
  • 259 – 262 Verblijfregisters, 1861-1934
  • 263 Register van eigenaren die een kraam of stand hadden tijdens de Wereldtentoonstelling te Amsterdam, 1895
  • 264 Register van personen die tijdelijk verblijf houden in Amsterdam als gevolg van de watersnoodramp in de Zaanstreek, 1916
  • 265 – 271 Registers van Belgische vluchtelingen die zich tijdelijk in Amsterdam hebben gevestigd, 1914-1918
    In deze registers komen niet alleen Belgische vluchtelingen voor, maar ook buitenlandse officieren en Chinese stokers die aan het einde van de Eerste Wereldoorlog gestrand waren in Amsterdam. Bezoek voor achtergrondverhalen en foto's ook onze themasite Amsterdam en de Eerste Wereldoorlog.

Vreemdelingen:

  • 272-274 en 277-278 Registers van vreemdelingen die zich in Amsterdam gevestigd hebben, 1864-1903
  • 279 Register van de gemeente Amsterdam tot inschrijving van vreemdelingen uit kracht van art. 8 van het Burgerlijk Wetboek, 1849-1893

Militairen:

  • 287-294 Bevolkingsregisters van in Amsterdam gedetacheerde militairen, 1874 - 1877
  • 296 Bevolkingsregister van het personeel van het Rijkshospitaal, Sarphatistraat 108, en de Hospitaal Compagnie, 1871 - 1877
  • 297 Bevolkingsregister van militairen die gehuisvest zijn in de Marinekazerne, 1916 - 1920

Met uitzondering van de periode 1914-1918 gaat het hier voornamelijk om in Nederland of uit Nederlandse ouders geboren personen die in het buitenland woonden, en niet (meer) de Nederlandse nationaliteit hadden. Andere buitenlanders die tijdelijk of als toerist in Amsterdam verbleven zijn mogelijk terug te vinden in de Vreemdelingenregisters uit het Bevolkingsregister of in de index op de Vreemdelingenregisters uit het Politiearchief.

Tijdelijk verblijf in Amsterdam

Amsterdam is altijd een stad van komen en gaan geweest. Mensen trokken net als nu naar de stad voor werk of studie, om zich bij familie te voegen of vanwege (naderend) onheil in hun eigen woonplaats. Soms bleef iemand maar voor even, soms ook voor langere tijd of zelfs voor de rest van hun leven.

Mensen die zich voor langere tijd in Amsterdam vestigden lieten zich doorgaans inschrijven in het Bevolkingsregister. Voor mensen die korter binnen de stad verbleven was dit niet gewenst of niet noodzakelijk. Om zicht te houden op welke personen tijdelijk in de stad verbleven werden door de ambtenaren van het Bevolkingsregister vanaf 1854 een aantal extra registers aangelegd. Er werden bijvoorbeeld aparte registers aangelegd voor mensen, voornamelijk Nederlanders, die in het buitenland woonden, inmiddels over een nieuwe nationaliteit beschikten en blijkbaar (al dan niet tijdelijk) naar Amsterdam waren teruggekeerd. Vóór 1861 werden ook passanten die buiten Amsterdam, maar wel binnen Nederland woonden in verblijfregisters ingeschreven.

Daarnaast werden afzonderlijke registers aangelegd bij uitzonderlijke gebeurtenissen die veroorzaakten dat in één keer veel mensen toevlucht zochten binnen de stad, zoals na de val van Antwerpen in oktober 1914 en na een natuurramp als de watersnood in de Zaanstreek in 1916.

Een deel van de tijdelijke burgers vestigde zich uiteindelijk toch voor langere tijd óf definitief in Amsterdam en is in dat geval ook te vinden in de 'gewone' Bevolkingsregisters.

A09320000011

Telegram vanuit station Roosendaal bij de Nederlandse grens aan Amsterdam met het verzoek om vluchtelingen op te vangen.

Verblijfregisters 1914-1918

De grootste vluchtelingenstroom kreeg Amsterdam te verwerken in oktober 1914, na de belegering van Antwerpen door de Duitsers. Naar schatting bereikten uiteindelijk zo'n 20.000 vluchtelingen, waaronder zieken, kinderen en huisdieren, lopend of per trein Amsterdam; met alles dat zij nog uit de brandende havenstad hadden kunnen redden.

Al deze mensen moesten natuurlijk onderdak en voedsel krijgen. Vanaf het Centraal Station verplaatste een eindeloze stoet vluchtelingen zich over het Damrak naar de Effectenbeurs, dat ingericht was als registratiekantoor. Na aankomst bij de Effectenbeurs verzorgde de politie ter plekke de registratie van de vluchtelingen. In alle drukte werden meestal niet veel meer dan de naam genoteerd, om inlichtingen te kunnen verstrekken aan zoekende familieleden. De opvang zelf zou zoveel mogelijk plaatsvinden aan de rafelranden van de stad, in loodsen langs het IJ; maar ook in grote gebouwen als Odeon, de IJsclub, in kerken en bij particulieren werden vluchtelingen gehuisvest. Daarnaast werd de Diamantbeurs op het Weesperplein volgezet met bedden om de vluchtelingen op te vangen.

010003047622 

Amsterdam was over het algemeen een zeer tijdelijke verblijfplaats: het streven was om de Belgische vluchtelingen en enkele dagen bij te laten komen van de ontberingen en vervolgens te verspreiden over het land. Vanaf de opvanglokatie gingen de vluchtelingen naar diverse plaatsen in Nederland of vaak ook naar Engeland.

In de 'Belgische' registers van tijdelijk verblijf staan in totaal 18.900+ namen, maar dit kan niet gelijkgesteld worden aan het totale aantal Belgische vluchtelingen in Amsterdam gedurende de Eerste Wereldoorlog. Soms werden in de registers niet alle namen binnen een familie vermeld, maar voldeed de aantekening 'plus zes kinderen'. Deze kinderen zijn dan niet afzonderlijk opgenomen in de index. Anderzijds staan er ook namen in de registers waarbij uit een toevoeging blijkt dat deze persoon in het buitenland verbleef en dus nooit lijfelijk aanwezig is geweest in Amsterdam. De verblijfregisters zijn achteraf aangelegd bij het Bevolkingsregister, vermoedelijk op basis van de eerste - mogelijk chaotisch verlopen - politieregistraties bij aankomst. Vermoedelijk zullen ook degenen met een sociaal vangnet binnen de stad of mensen die genoeg middelen hadden om op eigen houtje verblijf in een hotel te regelen niet terug te vinden zijn in de index. Het is daarom niet duidelijk hoeveel van de in Amsterdam neergestreken vluchtelingen ook daadwerkelijk zijn opgenomen in deze verblijfregisters en de index.

De registers van tijdelijk verblijf bevatten niet alleen namen van Belgische vluchtelingen die Antwerpen en omgeving verlieten in 1914, al vormen zij wel de grootste groep. Ook in de latere oorlogsjaren trokken er Belgen naar Amsterdam. Verder zijn er ook namen van Duitse, Russische of Engelse hooggeplaatste miltairen en (krijgs-)gevangenen te vinden. Ook staan er veel namen van Chinese zeelieden, voornamelijk afkomstig uit Hong Kong, die werk hadden gevonden aan boord van Nederlandse koopvaardijschepen. De Chinezen werden niet zoals de Belgische Vluchtelingen gehuisvest door de gemeente maar namen hun intrek meestal in door Chinezen gerunde pensions in de Buiten Bantammerstraat.

In de periode 1914-1918 vluchtten ook veel Nederlanders die in Antwerpen werkten terug naar Nederland. Deze mensen hebben geen sporen achtergelaten in de tijdelijke registraties, omdat ze simpelweg weer werden bijgeschreven in het Amsterdamse Bevolkingsregister.

Welke gegevens zijn te vinden in de index?

  • Naam
  • Geboortedatum en/of geboorteplaats (niet altijd geregistreerd)
  • Eerdere woonplaats/Plaats van herkomst (niet altijd geregistreerd)

Welke gegevens zijn te vinden in de bron?

De gegevens uit de index, plus:

  • Dagtekening van de inschrijving (niet in de Registers van Belgische vluchtelingen)
  • Verblijfplaats in Amsterdam
  • 'Werkelijke woonplaats'
  • Datum van aankomst in Amsterdam (niet in de Registers van Belgische vluchtelingen)
  • Datum van uitschrijving (niet altijd geregistreerd)
  • Plaats waarnaar de persoon vertrokken is (soms)
  • Leeftijd (soms)
  • Extra aantekeningen in verband met het tijdelijke verblijf: ('zoekt broer', 'reis en verblijfpas', 'verklaring van inwoning', 'pas uit Suriname', 'om alhier te worden opgevoed', 'brandstof' (in de jaren 1918-1919 waren brandstoffen alleen op rantsoen verkrijgbaar via een bonnenkaart).

Verder zoeken

In het archief van de Centrale Commissie voor de Belgische Uitgewekenen bevinden zich meer bronnen met gegevens over Belgische Vluchtelingen:

  • 1-2: Ingekomen stukken in verband met transport en plaatsing. Bevat namen van Belgische vluchtelingen én uitgeweken Nederlanders die in België woonden, met adressen.
  • 8: 5 gedrukte lijsten van vluchtelingen in Amsterdam, uitgegeven door de gemeente Amsterdam. Met opvangadressen. De gegevens komen niet altijd overeen met de namen uit de Registers van tijdelijk verblijf van het Bevolkingsregister. 
  • 16: Staten van de verschillende doorgangshuizen.
  • Zie voor meer informatie ook de Stichting Studiecentrum Eerste Wereldoorlog

Verder lezen

Zie voor meer achtergrondinformatie over de Bevolkingsregistratie in Amsterdam:

Verantwoording

Deze index is in 2013-2014 vervaardigd bij het Stadsarchief Amsterdam.

Voorbeeld tijdelijk verblijf: scheepspersoneel

In de Bevolkingsregisters van tijdelijk verblijf 1914-1918 zijn bijna 90 Chinezen te vinden, afkomstig uit Hong Kong en Kanton. Volgens opgave van de politie waren zij allemaal op 15 juni 1918 aangekomen in Amsterdam, vermoedelijk allemaal met hetzelfde schip. De meesten waren werkzaam als stoker, maar er ook een boekhouder, koopman en een kok zijn te vinden. Als tijdelijk adres verkozen zij zonder uitzondering de Buiten Bantammerstraat.

De meesten van hen verlieten Amsterdam weer in december van datzelfde jaar. Een aantal bleef hangen tot begin 1920 en vertrok toen ook ambtshalve.

Sam Kam, die zich buiten de scheepvaart met duisterder zaken bezighield, heeft zijn geboorteland echter niet meer teruggezien. Twee maanden na aankomst, op 17 augustus 1918, stierf hij een gewelddadige dood in een logement op de Javakade, waar veel Chinezen die in dienst waren van de Stoomvaart Maatschappij Nederland onderdak hadden.

A20968000002

Ook 'koopman' Ivan Liang vond op deze dag de dood. Bij hem staat in het Bevolkingsregister niet de aantekening vermoord, maar overleden. Die dag werd er nog een derde Chinees vermoord, maar deze is niet te vinden in de Registers van tijdelijk verblijf. Het motief voor de liquidaties lag in de opiumhandel en wapensmokkel en vormde het startschot voor een bloedige bende-oorlog.

rechtzaak

Verslag van de rechtzaak in De Tijd:godsdienstig-staatkundig dagblad 29-11-1918 (via Delpher)

Verder lezen: Eric Slot, ‘Het regent hier heroïne.Van opium tot bruine suiker’. In: Ons Amsterdam Nr 11-12 (November-December 2008).

Voorbeeld tijdelijk verblijf: Belgische Vluchtelingen

Bron afbeelding: http://www.dbnl.org

De advocaat Alberic Emile Deswarte was een van de tienduizenden Belgen die tijdens de Eerste Wereldoorlog naar Amsterdam vluchtten. Op 12 april 1915 kwam hij met vrouw en twee kinderen vanuit Elsene (bij Brussel) in Amsterdam aan. In Elsene woonde hij aan de Fleurgatsche Steenweg nummer 12. Zijn vrouw Lea Jeanne Bonneels was geboren op 5 februari 1879. Hun dochter Danielle Marie Alise was geboren op 30 april 1903, hun zoon Pieter Alberik op 2 september 1906. De familie Deswarte kon tijdelijk op Herengracht 113 verblijven en verhuisde op 20 januari 1916 naar Van Baerlestraat 16. Het Verblijfregister wijst op een overschrijving naar het 'gewone' Bevolkingsregister.

A20964000194

In de Overgenomen Delen vinden we de familie inderdaad terug. Daar staat ook dat ze in 1917 verhuisden naar de Weteringschans en op 6 februari 1919 terugkeerden naar Brussel.

OGDA00151000189

Alberic Deswarte was initiatiefnemer voor de oprichting van de Belgische School in Amsterdam. Deze school was tussen 1914 en 1915 gevestigd op het adres Van Ostadestraat 101. Het was een lagere en middelbare school voor de opvang van Vlaamse en Waalse kinderen. Deswarte was vanaf 1 februari 1915 ook hoofdredacteur van de Vlaamsche Stem, een dagblad speciaal uitgegeven voor Vlaamse vluchtelingen en mede-auteur van het anti-Duitse 'Vlaamsch manifest'.